荷蘭語行為和狀態(tài)vszijn和hebben

字號:


    (一)
    表示行動或狀態(tài)的動詞如:“komen” (來), “gaan”(去), “worden”(變成), gebeuren”(發(fā)生) “zijn”(是)等,還有其它動詞像“fietsen(騎自行車)”, “zwemmen”(游泳), “rijden”(開車), “vertrekken”(離開),“lopen”(步行)等, 如果它們表達的是到達某目的地的動作,則用“zijn”做助動詞。
    (二)
    不好分清時,記住行為用hebben,狀態(tài)用zijn。此時狀態(tài)包括:行動到某個目標或改變狀態(tài)。
    (三)
    有些動詞既可表示行為,也可以表示狀態(tài),如lopen, rijden 和 fietsen,若目的地已經(jīng)指明,且到達此目的地需要行為,則用 zijn。請看:
    Zij heeft langzaam gelopen. 她慢慢地步行。(行為)
    Zij is naar het station gelopen. 她步行去車站了。(狀態(tài))
    (四)
    狀態(tài)還是行為?
    狀態(tài) (situation)
    ik ben gekomen
    jij bent gekomen
    hij is gekomen
    wir zijn gekomen
    jullie zijn gekomen
    zij zijn gekomen
    ik ben gegaan
    jij bent gegaan
    hij is gegaan
    wij zijn gegaan
    jullie zijn gegaan
    zij zijn gegaan
    De trein is vertrokken. (火車離開了)
    Het is gebeurd. (事情發(fā)生了)
    Er is koud geworden(天氣變冷了)
    Hij is geboren (他出生了)
    Hij is gestorven (他死了)
    Zij is getrouwd (她結(jié)婚了)
    行為 vs 狀態(tài)
    Ik heb gefietst
    我騎了自行車
    Ik ben naar huis gefietst
    我騎自行車回家了
    Hij heeft gelopen
    他步行了
    Hij is naar Amsterdam gelopen
    他步行去阿姆斯特丹了